Aanbevelingen NIV-richtlijn schildklier en zwangerschap

Begin 2013 is de NIV-Richtlijn Schildklierfunctiestoornissen Revisie 2012 verschenen. Hoofdstuk V behandelt Schildklierfunctiestoornissen in de zwangerschap en postpartumperiode. Vanaf pagina 146 vind je uitgebreide informatie, uitleg, conclusies, aanbevelingen en literatuur over schildklier en zwangerschap. Schildkliertje heeft de aanbevelingen uit de nieuwe richtlijn op een rijtje gezet.

Aanbevelingen schildklierfunctiestoornissen en zwangerschap
In vraag en antwoord

Schildklier, vruchtbaarheid en zwangerschap

De Amerikaanse richtlijn (Guidelines of the American Thyroid Association for the Diagnosis and Management of Thyroid Disease During Pregnancy and Postpartum) vormt de basis van hoofdstuk V. De nieuwe Nederlandse richtlijn verschilt op enkele onderdelen van de Amerikaanse richtlijn. Het gaat om de definitie van klinische en subklinische hypothyreoïdie tijdens de zwangerschap.

ATA-richtlijn

In de Amerikaanse ATA-richtlijn worden klinische en subklinische hypothyreoïdie tijdens de zwangerschap als volgt gedefinieerd:
  • Klinische hypothyreoïdie indien de TSH-waarde in het serum > 2,5 mIU/L is, tezamen met een verminderde FT4-concentratie. Dit geldt ook voor vrouwen met TSH-waarden van 10 mIU/L of meer, ongeacht de FT4-waarden.
  • Subklinische hypothyreoïdie indien de TSH-waarde in het serum tussen 2,5 and 10 mIU/L ligt, met een normale FT4-concentratie.

NIV-richtlijn

Naar het oordeel van de Nederlandse commissie laat de literatuur, inclusief de Nederlandse, geen consistent beeld zien van de bovengrens van de normaalwaarden. De commissie vindt dat voor het stellen van de diagnose (klinische of subklinische) hypothyreoïdie tijdens de zwangerschap de reguliere diagnostische criteria voor schildklierziekte moeten worden aangehouden.

De commissie bestond uit internisten en een vertegenwoordiger van Schildklierorganisatie Nederland (SON).

Gewijzigde standpunten

Genoemd standpunt over subklinische hypothyreoïdie wijkt af van de visie in de NIV-richtlijn van 2007. Toen adviseerde de werkgroep behandeling met levothyroxine bij subklinische hypothyreoïdie (TSH > 4 mU/l) van zwangeren en vrouwen met zwangerschapswens.

Het nieuwe standpunt wordt niet vermeld bij de wijzigingen ten opzichte van de versie mei 2007 (pagina 38, NIV-Richtlijn 2012). Daar worden alleen aangegeven:
  • Een meer uitgesproken advies voor definitieve behandeling van de hyperthyreoïdie (door operatie) bij vrouwen met zwangerschapswens op korte termijn.
  • Geen voorkeur meer voor therapie met PTU boven methimazol indien medicamenteuze behandeling van hyperthyreoïdie in de zwangerschap nodig is.


Reacties