Graves’ hyperthyreoïdie, zwangerschap en borstvoeding

Alle vormen van hyperthyreoïdie – de schildklier maakt te veel hormoon – komen voor in de zwangerschap. Graves’ hyperthyreoïdie komt het vaakst voor. Bij een hyperthyreoïdie in de zwangerschap is de kans groter op een miskraam, een vroeggeboorte, een laag geboortegewicht en doodgeboorte. Gelukkig kan de hyperthyreoïdie goed behandeld worden. Maar welke mogelijkheden zijn er? En wat zijn de gevolgen voor de baby en borstvoeding? Hoe zit het toch met die TSI-antistoffen?

Deze aandacht voor Graves' hyperthyreoïdie, zwangerschap en borstvoeding blijft actueel met een ervaringsverhaal als dat van Agnita (zo moet het niet!). Borstvoeding is mogelijk tijdens de behandeling met schildklierremmers. De combinatietherapie (schildklierremmer + T4-hormoon) is ongewenst tijdens de zwangerschap (behalve in de uitzonderlijke situatie als de foetus hyperthyreoïdie heeft). O ja, gelukkig is alles goed gegaan met moeder en kind!

Aanbevelingen NIV-Richtlijn Schildklierfunctiestoornissen en zwangerschap 2012
In vraag en antwoord

Geen radioactief jodium tijdens zwangerschap

Tijdens de zwangerschap en met borstvoeding zijn een onderzoek en behandeling met radioactief jodium absoluut taboe. Aangeraden wordt om voor een onderzoek en behandeling met radioactief jodium met een zwangerschapstest te controleren of er sprake is van een zwangerschap.

Zwangerschapswens

Uitgangsvraag

Hoe dienen vrouwen met de ziekte van Graves te worden begeleid voorafgaand aan de zwangerschap?

Aanbeveling

Thyrotoxische vrouwen dienen bij [2012] voorkeur een definitieve behandeling te ondergaan voordat pogingen tot zwangerschap worden ondernomen. [2012] Naar de mening van de commissie is operatieve behandeling een goede keuze. (sterke aanbeveling)

Tijdens de zwangerschap

Wordt de vrouw zwanger dan wordt gestopt met T4-hormoon en gebruikt zij alleen een schildklierremmer in een zo laag mogelijke dosis. In de herziening van de NIV-richtlijn (2020) wordt een voorkeur uitgesproken voor PTU tijdens het eerste kwartaal.

TSH-receptor antistoffen en zwangerschap

Bij Graves’ hyperthyreoïdie nu of in het verleden moet tijdens de zwangerschap het bloed altijd gecontroleerd worden op TSH-receptor antistoffen. Dat gebeurt t/m de zesde maand. Als er antistoffen zijn aangetoond, moet de controle in de laatste drie maanden van de zwangerschap worden herhaald. Deze antistoffen kunnen via de placenta bij de baby terecht komen.

In de laatste drie maanden kunnen die antistoffen de schildklierfunctie beïnvloeden van de baby. Hierdoor kan de baby zelf hyperthyreoïdie krijgen. Dit is gelukkig zeldzaam, bij ongeveer 1 tot 5% van alle zwangerschappen van alle ‘Graves-zwangeren’. Maar als het voorkomt, heeft de baby meer kans op onder andere groei- en ontwikkelingsstoornissen, een te snelle hartslag en een te grote schildklier (struma).

Een struma bij de foetus kan problemen geven bij een bevalling. In dit geval moeten een internist en gynaecoloog de zwangerschap en bevalling goed begeleiden.

Borstvoeding

In de literatuur (zie NIV-richtlijn, pagina 199) zijn geen aanwijzingen te vinden dat gebruik van lage doseringen thyreostatica (PTU < 300 mg per dag en thiamazol < 20 mg per dag) tijdens het geven van borstvoeding schadelijk is voor de pasgeborene. Tijdens het geven van borstvoeding wordt thiamazol aanbevolen (max 20 mg). Een behandeling met radioactief jodium mag niet gegeven worden in deze periode.

Reacties