Schildklierkanker

Schildklierkanker komt weinig voor en de sterfte eraan is relatief laag. Het komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen, net als bij andere schildklieraandoeningen. Schildklierkanker kan op alle leeftijden ontstaan. Meestal tussen het 30e en 60e levensjaar.

Op deze pagina komen aan bod:
  • symptomen en risico's,
  • expertisecentra schildkliercarcinomen,
  • papillair carcinoom,
  • folliculair carcinoom,
  • medullair carcinoom,
  • anaplastisch carcinoom,
  • lymfoom,
  • mestastasen,
  • meer informatie.

Symptomen en risico's

  • bestraling met röntgenstralen op de hals in de (vroege) jeugd,
  • een acuut ontstane al of niet-pijnlijke knobbel in de hals,
  • een knobbel in een asymmetrische schildklier bij een man of een kind,
  • heesheid,
  • voelbare grotere lymfklieren in de hals bij iemand met een struma of schildkliernodus,
  • zeer harde schildklier of nodus,
  • niet-beweeglijke nodus bij slikken, dus vastzittend aan huid of spieren,
  • kernreactorongevallen.

Expertisecentra schildkliercarcinoom

Aangeraden wordt om voor behandeling van schildklierkanker naar een expertisecentrum te gaan. Daar is kennis en ervaring aanwezig. Enkele jaren geleden werd het Nationaal Plan Zeldzame Ziekten (NPZZ) gelanceerd. Een belangrijke taak van het NPZZ is de ontwikkeling van een netwerk van expertisecentra. De aanwijzing van expertisecentra moet leiden tot betere, integrale zorg voor patiënten met zeldzame aandoeningen, zoals schildklierkanker.

De volgende centra zijn gespecialiseerd in de behandeling van schildklierkanker:

Papillair carcinoom

Het woord papillair komt van het Latijnse papil. Dat woord betekent: klein, vingervormig. Deze vorm komt voor op alle leeftijden. De oorzaak is meestal onbekend. Papillaire carcinomen zaaien vooral uit naar lymfeklieren en soms naar de longen. Ze komen vaker voor op meer plekken tegelijk in de schildklier. Het papillaire carcinoom komt het meeste voor en heeft de beste kans op overleven. Bij jonge mensen is de kans op genezing goed.

Behandeling

De schildklier wordt met een operatie totaal verwijderd. Daarna volgt behandeling met radioactief jodium om nog aanwezig schildklierweefsel uit te schakelen. Vervolgens krijgt de patiënt een vrij hoge dosis schildklierhormoon (levothyroxine). Dit is om de TSH te onderdrukken. TSH is een hormoon van de hypofyse. TSH stimuleert schildkliercellen om schildklierhormoon te maken. Na schildklierkanker is dat niet de bedoeling. Kwaadaardige schildkliercellen zouden kunnen groeien. Uitzaaiingen worden meestal ook met radioactief jodium behandeld. Soms met een operatie.

Folliculair carcinoom

Het woord folliculair komt van follikel, dat blaasje betekent. Follikels maken deel uit van normaal schildklierweefsel. Folliculaire carcinomen zijn iets agressiever dan papillaire. Dit is vooral bij ouderen het geval. Deze vorm van kanker groeit langzaam. Na enige tijd kan hij zich verspreiden naar longen, botten en lever. Vaak is hij ook dan nog te behandelen met radioactief jodium. Deze vorm komt het meeste voor bij mensen van 30-70 jaar.

Een variant van het folliculaire carcinoom is het zogenaamde Hürthle cell-carcinoom. Het Hürthle cell-carcinoom neemt geen of weinig jodium op uit het bloed. Dit heeft gevolgen voor de behandeling. Behandeling met radioactief jodium is namelijk standaard bij het folliculair carcinoom.

Behandeling

De schildklier wordt met een operatie totaal verwijderd. Daarna volgt behandeling met radioactief jodium om nog aanwezig schildklierweefsel uit te schakelen. Vervolgens krijgt de patiënt een vrij hoge dosis schildklierhormoon (levothyroxine). Dit is om de TSH te onderdrukken. TSH is een hormoon van de hypofyse. TSH stimuleert schildkliercellen om schildklierhormoon te maken. Na schildklierkanker is dat niet de bedoeling. Kwaadaardige schildkliercellen zouden kunnen groeien. Uitzaaiingen worden meestal ook met radioactief jodium behandeld. Soms met een operatie.

Hürtle cel carcinoom

Hürthle cel carcinoom is een hele zeldzame, gedifferentieerde vorm van schildklierkanker. Hürthle 
cellen ontstaan uit folliculaire schildkliercellen en kunnen zich ontwikkelen tot zowel een goedaardige 
als een kwaadaardige tumor (respectievelijk adenoom en carcinoom). 

Behandeling

Het Hürthle cel carcinoom reageert minder goed op behandeling met radioactief jodium dan gedifferentieerde schildklierkanker.

Medullair carcinoom

Het medullair carcinoom (MSC) is een zeldzame vorm van kanker. Bij ongeveer 20% van de patiënten met schildklierkanker wordt deze diagnose gesteld. Deze tumor ontstaat in de C-cellen van de schildklier. Deze C-cellen produceren niet het schildklierhormoon thyroxine maar het hormoon calcitonine. Calcitonine is betrokken bij de regeling van het kalkgehalte in het bloed. Calcitonine is in het bloed te meten is. Medullair carcinoom wordt ook gezien samen met bijniertumoren (feochromocytoom) en hyperparathyreoïdie (te hard werkende bijschildklieren). Je spreekt dan van een MEN-syndroom (MEN staat voor multipele endocriene neoplasie). Uitzaaiingen vinden plaats via het bloed en de lymfeklieren. Het MEN-syndroom komt wel in families voor.

Behandeling

De behandeling is vaak lastiger dan bij de papillaire en folliculaire carcinomen. Eerst wordt geopereerd. De schildklier en uitzaaiingen worden verwijderd. Vervolgens krijgt de patiënt levothyroxine voorgeschreven. De laatste jaren is onderzoek gedaan naar verschillende medicijnen. Radioactief jodium helpt maar zelden.

Anaplastisch carcinoom

Deze agressieve tumor komt gelukkig weinig voor. De schildklier voelt hard aan en groeit snel, ook in de omliggende weefsels. Het komt vooral op hogere leeftijd voor (ouder dan 50 jaar). De behandeling helpt slechts tijdelijk en bestaat uit uitwendige bestraling. Zelden is operatie mogelijk en zinvol.

Lymfoom

Het kwaadaardig lymfoom is een tumor die afkomstig is van witte bloedlichaampjes. Heel soms komt een lymfoom voor in de schildklier. Het groeit snel en lijkt op het anaplastische carcinoom. Het reageert soms goed op bestraling en/of chemotherapie.

Metastasen

Uitzaaiingen van tumoren in long, borst of nier komen soms voor in de schildklier. De behandeling hangt af van zo’n tumor in de long, borst of nier.

Reacties